Gedragsregels voor de advocatuur gewijzigd

Na 25 jaar zijn de gedragsregels voor de advocatuur gewijzigd. De nieuwe gedragsregels zijn direct na publicatie begin dit jaar op 22 februari 2018 ingegaan. Grote ingrijpende wijzigingen hebben er niet plaatsgevonden. De gewijzigde gedragsregels hebben ook geen direct gevolg gehad op de werkwijze binnen A & S Advocaten. Het aantal gedragsregels is teruggebracht van 39 tot 29. Wat verder direct opvalt, is dat de gedragsregels voor een buitenstaander beter leesbaar zijn.

Een van de belangrijkste wijzigingen voor de rechtspraktijk is het afschaffen van de vertrouwelijke communicatie tussen advocaten, de confraternele correspondentie. Was het voorheen zo dat correspondentie tussen advocaten onderling altijd vertrouwelijk was en dat daar in principe geen beroep in rechte op gedaan kon worden, bij de wijziging van de gedragsregels is deze vertrouwelijkheid niet meer het uitgangspunt. Als een advocaat vertrouwelijk wenst te communiceren, dient hij dat vooraf aan te geven. Deze nieuwe regeling sluit beter aan bij de regelingen die in onze omringende landen ook gelden, namelijk dat deze correspondentie niet automatisch vertrouwelijk is waarop geen beroep gedaan mag worden. De regel is van een nee tenzij, veranderd tot een ja tenzij.

De nieuwe gedragsregels geven ook uitsluitsel over het zogenaamde provisieverbod. Dit was onder de oude regeling verboden. Het sloot echter niet meer aan bij de moderne tijd van het internet. De nieuwe gedragsregels laten een opening toe. Voorwaarde is wel dat de advocaat moet kunnen aantonen dat hij/zij niet handelt in strijd met de kernwaarden van de advocatuur en het belang van de rechtszoekende moet altijd leidend zijn. Onder die voorwaarden is het betalen van een vergoeding voor het aanbrengen van een nieuwe zaak toegestaan. Hierbij moet worden gedacht aan zogenaamde koppelsites waarbij bemiddeld wordt tussen rechtzoekende en juridische dienstverleners.

Wat wel in de nieuwe regels verboden is, is het ronselen van zaken. Dit verbod is uitdrukkelijk opgenomen in de nieuwe gedragsregels en komt overeen met de jurisprudentie hieromtrent gevormd in de tuchtrechtpraktijk. Het ronselen van zaken komt nog wel eens voor in de strafrechtpraktijk. In de civielrechtelijk en/of bestuursrechtelijke praktijk speelt dit niet of nauwelijks. In de praktijkvoering van A & S Advocaten speelt dit in zijn geheel niet. Overigens is het ronselen van advocaten iets anders dan het op verzoek van een cliënt tot het overnemen van een zaak. Dat laatste is gewoon toegestaan. De gedragsregels bepalen wel dat advocaten in zo’n geval onderling met elkaar in overleg moeten treden. Dit gebeurde overigens in praktijk ook onder de oude gedragsregels.

De nieuwe gedragsregels stellen ook dat bepaalde openbare functies met het beroep van advocaat onverenigbaar zijn. Helaas wordt daar niet bij aangegeven welke functies dat zou kunnen betreffen. De reikwijdte van deze regel is niet erg duidelijk, in de toelichting wordt gesteld dat het een advocaat vrij staat zijn kennis en kunde naast zijn praktijk op een andere wijze in te zetten. Maar waar de grens ligt is niet helder, daar zal naar verwachting de jurisprudentie in de komende tijd antwoord op moeten gaan geven.