De hele melkrundveesector heeft een jaar lang uitgekeken naar het wetsvoorstel van fosfaatrechten voor melkvee. Donderdag 8 september 2016 was het zover: het kabinet heeft het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gezonden. Dit artikel zet de voorgenomen voorstellen op een rij.
Contouren wetsvoorstel fosfaatrechten voor melkveehouderij
Uitbreidingsverbod
Na introductie van het stelsel van melkveefosfaatrechten, mag een landbouwer met zijn bedrijf niet meer dierlijke meststoffen met melkvee, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, produceren dan het op het bedrijf rustende fosfaatrecht. Tot melkvee behoren de categorieën 100, 101 en 102. Dit uitbreidingsverbod wordt niet anders dan de bestaande uitbreidingsverboden voor de varkens- en pluimveehouderij. Net als bij de varkens- en pluimveerechten kan de minister voor een bedrijf een dagplafond instellen. Het uitbreidingsverbod geldt niet voor personen, die – anders dan op een bedrijf – jaarlijks maximaal 100 kg fosfaat met melkvee produceren.
Omvang fosfaatrechten
Het aantal fosfaatrechten bij inwerkingtreding van voornoemd uitbreidingsverbod komt overeen met de forfaitaire productie fosfaatproductie door melkvee op 2 juli 2015 en dat ook I&R is geregistreerd.
Jaarlijkse verantwoording
Met ingang van 2017 zal elk bedrijf met melkvee aan het einde van elk kalenderjaar verantwoording moeten afleggen over de productie van fosfaat door melkvee ten opzichte van het op het bedrijf rustende fosfaatrecht. Deze verantwoording geschiedt op basis van forfaitaire normen. Verantwoording op basis van de BEX is vooralsnog niet toegestaan. Aan een meer bedrijfsspecifieke verantwoording wordt nog wel gewerkt.
Stopper of bedrijfsovername
Bedrijven die op 2 juli 2015 nog melkvee hielden, krijgen uitsluitend fosfaatrechten toegekend als zij bij inwerkingtreding van dit stelsel (1 januari 2017 – JK) nog als bedrijf in de zin van de Meststoffenwet zijn geregistreerd bij RVO. Voor de landbouwer die tussen 2 juli 2015 en 1 januari 2017 een beëindigd bedrijf heeft overgenomen, wordt het fosfaatrecht verhoogd met het fosfaatrechten dat voor dit beëindigde bedrijf zou zijn vastgesteld. Dit moet hij voor 1 april 2017 melden en aantonen via het meldingsformulier dat RVO beschikbaar zal stellen. Bij een gedeeltelijke overname vindt de verhoging naar rato plaats.
Knelgevallen
Voor een landbouwer bij wie het op het bedrijf rustende fosfaatrecht minimaal vijf procent bij inwerkingtreding (1 januari 2017? – JK) lager is door bouwwerkzaamheden, diergezondheidsproblemen, ziekte, ziekte of overlijden van een persoon van het samenwerkingsverband van de landbouwer of een bloed- of aanverwant in de eerste graad, of vernieling van de melkveestallen, wordt een fosfaatrecht vastgesteld aan de hand van het melkvee waarover deze landbouwer zonder deze buitengewone omstandigheden zou hebben beschikt. De landbouwer moet dit knelgeval voor 1 april 2017 melden bij RVO.
Volgens de toelichting bij het wetsvoorstel ziet deze knelgevallenregeling niet op recent gestarte bedrijven, die ofwel op de peildatum aantoonbaar onomkeerbare financieringsverplichtingen zijn aangegaan ofwel waarbij de veebezetting op de peildatum aantoonbaar hoofdzakelijk bestond uit jongvee. Een scherpe afbakening tussen nieuw gestarte bedrijven en bedrijven waarbij sprake is van een voortzegging van een bestaand bedrijf – of van een deel van een bedrijf – onder een nieuwe rechtsvorm is niet mogelijk. Dit zou volgens de staatssecretaris betekenen dat iedere bedrijfsoverdracht potentieel in aanmerking zou komen voor een knelgevallenvoorziening voor recent gestarte bedrijven. Dat zou op zijn beurt weer leiden tot een te grote groei in het aantal fosfaatrechten.
Afroming bij overdracht
Bij overdracht van fosfaatrechten zal het recht met 10% worden afgeroomd. Hierop gelden drie uitzonderingen voor overdracht:
1) bij erfopvolging;
2) naar een persoon met wie bloed- of aanverwantschap bestaat in de eerste, tweede of derde graad; of
3) bij verleasen van fosfaatrecht: dan wordt slechts een maal een korting toegepast (dus niet bij overdracht van A ->B en van B -> A.
Generieke afroming
Tevens behoudt de staatssecretaris het recht voor om het aantal varkensrechten, pluimveerechten of fosfaatrechten te verminderen. Dit kan alleen als vermindering noodzakelijk is voor de naleving van een voor Nederland verbindend bedrag of besluit van een volkenrechtelijke organisatie (dus bijvoorbeeld verleende derogatie). Vaststelling van het percentage geschiedt bij AMvB. De Minister van EZ zal na inwerkingtreding van de wet hiertoe overgaan als het totaal aantal vastgestelde fosfaatrechten het plafond uit 2002 overschrijdt. Het kortingspercentage wordt geschat tussen de 4 en 8 procent.
Het kortingspercentage wordt per 1 juli 2017 bekend gemaakt en doorgevoerd per 1 januari 2018. Voor een bedrijf met melkveefosfaatruimte (extensieve bedrijven) kan de korting eenmalig worden verlaagd tot maximaal de aanwezige melkveefosfaatruimte. Melkveefosfaatruimte is de fosfaatruimte van het bedrijf in 2015, verminderd met de forfaitaire productie van dierlijke meststoffen in dat kalenderjaar door melkvee dat op 2 juli 2015 op het bedrijf is gehouden en I&R geregistreerd.
Fosfaatbank
De staatssecretaris heeft het plan om, als de fosfaatproductie weer op niveau is (van 2002), fosfaatrechten die zijn afgeroomd bij overdracht via een fosfaatbank weer toe te delen. RVO zal deze fosfaatbank beheren. De fosfaatbank zal aan bedrijven ontheffing verlenen van het verbod om fosfaat met melkvee te produceren, waarbij de omvang van de te verlenen ontheffing nooit groter kan zijn dan de hoeveelheid fosfaatrechten die in de fosfaatbank wordt beheerd.
Ontheffingen zullen bedrijfsgebonden zijn en niet overdraagbaar worden. Aan de ontheffingen worden nadere voorwaarden verbonden, die gerelateerd zijn aan milieu- of maatschappelijke doelen. Ontheffingen worden verleend ter bevordering van de grondgebondenheid, de bevordering van duurzaamheid en dierenwelzijn of het stimuleren van jonge landbouwers in Nederland. Voorwaarde hierbij is dat geen afbreuk wordt gedaan aan de naleving van een verplichting van een Nederland verbindend verdrag of besluit van een volkenrechtelijke organisatie. De vrijstelling of ontheffing wordt bij ministeriële regeling geregeld.
Omzetting varkensrechten <-> pluimveerechten <-> fosfaatrechten
De staatssecretaris behoudt zich de mogelijkheid voor waardoor varkensrechten, pluimveerechten en fosfaatrechten op een bedrijf kunnen worden omgezet. Voorwaarde is dat de landbouwer op wiens bedrijf de omzetting geschiedt, instemt met de omzetting. De omzetting mag geen toename veroorzaken van de hoeveelheid geproduceerde stikstofverbindingen, fosfaat en fijnstof. Deze omzettingsmogelijkheid zal bij AMvB worden geregeld.
Overige wijzigingen
Voor varkens- en pluimveerechten geldt een verbod deze van het ene naar het andere concentratiegebied te verplaatsen. Ook is het niet toegestaan varkens- of pluimveerechten van buiten een concentratiegebied naar een concentratiegebied te verplaatsen. Dit verbod geldt niet voor fosfaatrechten.
Verdere stappen
Het aangeboden wetsvoorstel bevat nog ‘slechts’ een wetsvoorstel. De komende weken/maanden zal ongetwijfeld een discussie losbarsten over de vraag of het wetsvoorstel voldoende rekening houdt met de diverse belangen.
Juridische analyse volgt
De komende dagen zal ik het voorstel verder juridisch analyseren. Dan volgt een aanvullende notitie.