Op welk tijdstip is de verdeling van een huwelijksgemeenschap een feit? Als de verdeling definitief is, kunnen partijen er immers niet meer onderuit. De Hoge Raad heeft op 18 maart 2016 in een uitspraak opnieuw duidelijk gemaakt dat de datum van verdeling als peildatum voor de waardering geldt. Dit is de hoofdregel.
Echtscheiding & huwelijksgemeenschap
Man en vrouw zijn in 1974 in gemeenschap van goederen gehuwd. Op 7 oktober 1986 volgt ontbinding van het huwelijk als gevolg van echtscheiding. Het duurt tot 2010 voordat de vrouw verdeling van de ontbonden huwelijksgemeenschap vordert met als doel het vaststellen wat aan een ieder toekomt. Welke peildatum voor verdeling geldt in dit geval?
Oordeel rechter
In 2010 heeft de man een winkelpand verbouwd, waarvoor de gemeente een krediet heeft verschaft. Hiervoor moet de man een recht van hypotheek aan de gemeente verstrekken. Pas dan komt men er achter dat de vrouw nog mede-eigenaar is van het winkelpand en bovengelegen appartementen. De vrouw verzoekt aan de rechter om verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap vast te stellen. De rechtbank stelt in haar vonnis van 7 maart 2012 vast dat de activa en passiva van de onderneming aan de man worden toebedeeld. Vervolgens wordt in hoger beroep getwist over de waardering van de activa en een andere peildatum, namelijk 1986.
De Hoge Raad bevestigt met deze uitspraak dat als hoofdregel de datum van verdeling als peildatum geldt voor de waardering. In dit geval de uitspraak van de rechter die middels een vonnis de verdeling vaststelt.
Andere peildata
Bovenstaande is anders als partijen in onderling overleg overeenstemming bereiken, waarbij zij goederen verdelen en met de financiële consequenties instemmen. Als zij de gemaakte afspraken vastleggen in het convenant, geldt dus als peildatum voor de waardering de datum van het echtscheidingsconvenant of de in het convenant genoemde data.
In genoemde zaak is de verdeling door partijen “vergeten” en volgt 30 jaar later een bekrachtiging.