Dat is de uitkomst van een strafprocedure tegen een zogenaamd knelgeval fosfaatrechten[1]. Overtreding van het uitbreidingsverbod (melkkoeien houden zonder fosfaatrechten) is een economisch delict. Met de overtreding is de schuld in principe gegeven. Dat wil niet zeggen dat het melkveebedrijf per se een straf krijgt of dat het genoten voordeel wordt ontnomen. Goede voorbereiding van de strafzaak en overleggen van bewijzen is van groot belang om de rechter tot een gunstig(er) oordeel te laten komen.
Situatie
Een melkveebedrijf in de vorm van een vennootschap onder firma (VOF) is sinds 2010 bezig geweest met de uitbreiding van zijn bedrijf. In 2011 was de bouwvergunning rond en pas in 2014 de natuurvergunning voor het houden van 150 melkkoeien met jongvee. De bouw van de stal was in januari 2015 begonnen en in mei 2015 klaar. Aangezien de stal op 2 juli 2015 nog lang niet vol stond, is het referentieaantal relatief laag. In 2018 krijgt de VOF circa 3.200 fosfaatrechten, 5.000 kg te weinig om de stal volledig te benutten. In bezwaar krijgt de VOF ruim 1.000 fosfaatrechten erbij. De beroepsprocedure bij het CBb duurt tot eind 2019, waar de VOF weer gelijk krijgt. RVO moet opnieuw beslissen op bezwaar en in april 2020 krijgt de VOF nog eens 400 kg fosfaatrechten erbij. Tijdens de juridische procedure (2018 en 2019) beschikte de VOF niet over voldoende fosfaatrechten.
Het Openbaar Ministerie (afdeling functioneel parket) dagvaardt zowel de VOF als de melkveehouder (vader) zelf. Het OM wil dat de VOF en de melkveehouder zelf straf krijgt voor overtreding van het uitbreidingsverbod (houden van melkvee zonder fosfaatrechten). Ook moeten zij het wederrechtelijk verkregen voordeel (uitgespaarde geld door geen fosfaatrechten te leasen) terugbetalen. Ter zekerheid heeft het OM conservatoir beslag gelegd op alle onroerende zaken.
De VOF en de melkveehouder voeren verweer. Zij voeren aan dat de individuele melkveehouder het uitbreidingsverbod niet heeft overtreden, want hij heeft zelf geen bedrijf (maar de VOF wel). Verder betogen zij dat zij in 2018 en 2019 geen geld hadden voor het leasen van fosfaatrechten en de bank geen geld wilde lenen. Na de definitieve uitspraak hebben zij wel voldoende fosfaatrechten verworven. Voor zover de VOF voordeel had door geen fosfaatrechten te leasen, is dat teniet gedaan door het jarenlange beslag op de landerijen en de rentekosten, die daardoor zijn ontstaan.
Oordeel rechtbank
De rechtbank vond de zaak ingewikkeld en heeft deze daarom met 3 rechters behandeld. De rechtbank geeft de melkveehouder gelijk, hij krijgt vrijspraak. De VOF is wel schuldig. Door alle souza en financieel nadeel, dat de VOF heeft geleden, krijgt de VOF geen straf. Ook hoeft zij het vermeende wederrechtelijk verkregen voordeel niet terug te betalen.
Wat heeft u hieraan?
Voor veel knelgevallen heeft het tekort aan fosfaatrechten al genoeg geld gekost. Een boete en ontneming van het vermeende voordeel zou opnieuw een gat in de begroting slaan. Uit deze en eerdere procedures blijkt dat rechters luisteren naar het verhaal achter de overtreding en daarmee bij het opleggen van de straf en ontneming rekening houden. Het is daarom belangrijk een strafzitting goed voor te bereiden. Het inhuren van een advocaat kost wat, maar kan zeker wat opleveren. Ik sta u graag bij.
[1] Vonnissen Rb Overijssel 19 februari 2024, publicatie zal volgen.