Als een echtgenoot privégeld gebruikt voor aankopen binnen de huwelijksgemeenschap, krijgt hij bij zijn echtscheiding niet zomaar al dat geld terug. Een echtgenoot die tijdens het huwelijk via een schenking of een erfenis geld ontvangt onder uitsluitingsclausule en besteedt aan de huwelijksgoederengemeenschap, heeft recht op vergoeding bij het einde van het huwelijk. Sinds 1 januari 2012 worden dergelijke bijdragen niet alleen meer vergoed voor het nominale bedrag, maar wordt ook rekening gehouden met positief of negatief rendement.
Op 6 maart 2012 heeft het gerechtshof ’s-Hertogenbosch een interessant arrest gewezen. Het hof gaat ervan uit dat de onder uitsluitingsclausule verkregen gelden, die niet zijn aangewend voor het betalen van een gemeenschapsschuld, niet gemeenschappelijk zijn geworden.
De casus
Partijen zijn gehuwd onder huwelijksvoorwaarden. Tijdens het huwelijk heeft de man een schenking onder uitsluitingsclausule ontvangen. De man stelde dat het bedrag dat is besteed aan een verbouwing van de woning en aan schenkingen aan kinderen aan hem moet worden vergoed nu partijen het huwelijk beëindigen. De vrouw betwistte dit tijdens de echtscheidingsprocedure met succes. Zij stelde dat het bedrag daarnaast is besteed aan een auto, een gezamenlijke vakantie, een schilderij en aan het voldoen van erfbelasting.
Oordeel rechter
Het hof meent dat de schenkingen aan de kinderen, de aankoop van privé goederen, zoals een auto een schilderij en een financiering van verbouwing aan de woning, niet kunnen worden aangemerkt als het voldoen van een gemeenschapsschuld. De man heeft volgens het hof deze uitgaven vrijwillig gedaan en zijn geen gevolg van een verhaal door een gemeenschapsschuldeiser. Het hof meent dat de met het geschonken geld gedane uitgaven van de man kunnen worden aangemerkt als giften en niet als het voldoen van schulden van de gemeenschap. Dit geldt niet voor de betaling van de erfbelasting. De door de man betaalde erfbelasting moet aan hem worden vergoed. Belang uitspraak Deze uitspraak laat zien dat het belangrijk is om te kunnen aantonen waar het geld dat via uitsluitingsclausule is verkregen, aan is besteed. Kennelijk is de rechter van mening dat ingeval het geld niet wordt besteed aan het voldoen van een gemeenschapsschuld, er sprake is van een gift. De vraag is welke lijn de Hoge Raad zal uitzetten en het hof ’s-Hertogenbosch hierin zal volgen. In dat geval is het dus relevant op welke wijze de onder uitsluitingsclausule verkregen gelden al dan niet voor gemeenschappelijke schulden zijn aangewend.
Uitspraak gerechtshof ’s-Hertogenbosch 6 maart 2012, LJN BV9349.